top of page

ree


In de film 20.000 Days on Earth blikt Nick Cave terug op zijn jonge jaren. ’s Morgens gaat hij naar de kerk en ’s middags koopt hij heroïne bij een dealer. Dat gaat dag in dag uit zo door, vertelt hij. Hoewel hij denkt daarmee een werkbaar ritme in het leven te hebben gevonden, noemt zijn vriendin het een levensgevaarlijk bestaan. “Ik ben dan ook snel met de kerk gestopt”, grapt Cave.

Deze jaren liggen ver in het verleden. De heroïne werd opzij geschoven, maar de religie is gebleven. Journalist Seán O’Hagan zag in dat idee het uitgangspunt voor een boek. Het resultaat is Faith, Hope and Carnage, een lang interview met de zanger die reflecteert op zijn leven.

Cave gaat van jongs af aan naar de kerk. Maar pas sinds de dood van zijn zoon Arthur, die in 2015 op vijftienjarige leeftijd van een klif viel, voelt hij zich echt religieus. “Ik heb het niet over het traditionele Christendom of het geloof in een god”, zegt hij. “Maar in die zin dat ik plots op een diep niveau een verregaande betrokkenheid bij de menselijke situatie voelde. Ik begreep hoe kwetsbaar wij allemaal zijn.”

Maar ook op een meer voor de hand liggend niveau omarmt Cave het geloof. De zanger weet niet of God bestaat. Maar juist in het bestaan van die twijfel vindt hij de ruimte om zich er aan over te geven.

In de twijfel vindt het geloof zijn bestaansrecht

Net als in zijn nieuwsbrieven, de Red Hand Files, zijn Cave’s antwoorden weloverwogen en gewichtig. Het voordeel voor de lezer is dat O’Hagan Cave al dertig jaar kent. Hij durft te reageren, zijn mening te geven en door te vragen. Zo schuwt hij niet te benoemen dat het onlogisch is dat een god het zou toelaten dat mensen twijfelen aan zijn bestaan.

“Sinds wanneer heeft geloven in God iets te maken met logica?”, pareert Cave. Dat maakt het voor hem juist aantrekkelijk. “Mijn relatie met de wereld wordt verruimd door de kortstondige indrukken van het goddelijke. Waarom zou ik mezelf iets positiefs ontzeggen, omdat het niet logisch is. Dat zou juist op zich onlogisch zijn.” Cave stort in na het overlijden van Arthur. Hij valt naar eigen zeggen in miljoenen stukjes en in zijn herinnering zijn gaten geslagen van de periode die volgde. Het album Skeleton Tree, dat grotendeels voorafgaand aan de dood van zijn zoon werd geschreven, voelt achteraf als een voorbode op de catastrofe. Cave kan er niet meer naar luisteren.

In Ghosteen, het behoorlijk zware album dat volgde, vond Cave een vorm van rouwverwerking. Ook dit album bestempelt hij als religieus. “Het gaat over de menselijke worsteling en de noodzaak om het lijden te ontstijgen. (…) Ernaar luisteren kan de geest zuiveren.”

Twitter als klootzakkenfabriek

In Faith, Hope and Carnage wordt geen tijd verspild aan koetjes en kalfjes. O’Hagan en Cave gaan hoofdstuk na hoofdstuk flink de diepte in. Daarbij laat Cave het bijvoorbeeld niet na om de pandemie te beschouwen. “We kregen de kans om van de wereld een mooiere plek te maken en die verspilden we.”

Het werd er allemaal niet beter op, zag hij. Rechts werd enger, links werd gekker. Cave zat een tijdje op Twitter (met een persoonlijk account), maar hield daar na een jaar ook mee op. “Twitter is een fabriek die klootzakken uitspuugt. Uiteindelijk ben ik van alle sociale media afgegaan.”

Een gouden ingreep. De wereld werd direct mooier, herinnert Cave. “De kwaliteit van mijn leven verbeterde, de zon begon te schijnen en de vogels begonnen te zingen. Mijn lichaam voelde niet meer zo vermoeid, zo uitgeput en depressief vanwege alles. Sociale media maakt je ziek.”

Cave zoekt het geluk voortaan dichtbij zichzelf. Zo vertelt hij uitvoerig over zijn nieuwe hobby; het maken van een achttiendelige keramiekset die het leven van de Duivel vertelt.

Terug naar het licht

Ach, het fysieke verval treft ons allemaal en uiteindelijk ook Nick Cave. Wellicht zoekt hij daarom verdieping op mentaal en spiritueel niveau. Als het hem is gegeven om even oud te worden als zijn moeder, dan heeft hij nog dertig jaar te gaan. Het verlies van zijn zoon zal bij hem blijven, dat kan hij maar beter omarmen. Weet hij zelf ook: “Rouw kan mensen naar donkere plekken brengen waar ze nooit meer van terugkeren”.

Het is niet dat Cave gevrijwaard blijft van strijd tegen de duisternis. “Als ik aan Arthur denk, voel ik een zwaarte in mijn hart. Ik denk dat het hem spijt wat er met hem is gebeurd en hoeveel pijn zijn dood ons heeft gedaan. Dat baart me veel zorgen, omdat ik denk dat hij dit meedraagt in zijn spirituele wezen. Dat overvalt me soms enorm.”

Cave denkt dus niet lichtzinnig over zijn resterende jaren. Alles leidt naar een ding: vergiffenis. Een zwaar woord. “Ik vraag vergiffenis om bevrijd te worden van mijn eigen schulden. (…) Als vader was hij (Arthur) mijn verantwoordelijkheid en ik keek weg op het verkeerde moment.”


ree

Nog een tussenstop in Brussel vanavond en dan rijdt Bob Dylan door naar Amsterdam, voor twee concerten in de AFAS Live. Maandagavond zit ik met mijn neus tegen het podium aan. Nog een keer naar Bob. Mijn vijfde of zesde keer, misschien wel de laatste.

De eerste keer was ook in de AFAS, toen nog de Heineken Music Hall. Het was 2012 en het onweerde buiten. Dylan speelde een fenomenale versie van Boots of Spanish Leather. Ik kon niet geloven dat ik hem live zag.

Ik ga er maar vanuit dat maandag de laatste keer wordt. De beste man is inmiddels 81 jaar oud en zijn prachtige album Rough and Rowdy Ways uit 2020 luistert als een zwanenzang. De titel 'Neverending' is na decennia uit de naam van de tour verdwenen. Dit is simpelweg de Rough and Rowdy Ways World Wide Tour. Voor het eerst is er een einddatum, die ligt ergens in 2024.

In aanloop naar maandag val ik in een zwart gat. Voorpret voor een Dylan-concert is anders dan voor andere concerten. Elke dag bezoek ik expectingrain.com, al zo'n duizend jaar de belangrijkste verzamelplaats voor Dylan-artikelen, -video's en -audio. De site ziet er ook al duizend jaar oud uit, ik hoop dat dat nooit verandert.

Dat geldt ook voor boblinks.com. Die site wordt elke dag geüpdatet maar heeft nog steeds het uiterlijk van een pagina uit de jaren '90. Je ziet er alle data van de huidige tour, informatie over de concertzalen, met links naar de setlist en ingezonden ervaringen van bezoekers. De website-eigenaar is Bill Pagel, 80 jaar, en trotse bezitter van Dylans ouderlijk huis.

"Doe dat licht uit"

Ik lees zeker wekelijks de Nederlandse Dylan-site debobdylanaantekeningen.blogspot.com, maar deze week ververs ik hem meerdere keren per dag. Een genot om de overpeinzingen van eigenaar Tom Willems te lezen. Een bezoeker stuurde een recensie in van het afgelopen concert in Krefeld. "Een fantastisch mooi concert (…) een ovationeel applaus." Ook heerlijk, zo’n blogspot-domein. Websites van Dylan-liefhebbers zijn tijdmachines.

Op boblinks.com beschrijven mensen de sfeer rondom de concerten in de huidige tour. Ik lees dat Dylan fragiel oogt als hij over het podium loopt, dat hij zijn piano vasthoudt ter ondersteuning, maar dat hij vitaal klinkt en er zin in heeft.

Behalve dan als mensen fotograferen of filmen, ondanks het strenge telefoonverbod tijdens deze tour. Online bekijk ik een video waarin Dylan Every Grain of Sand onderbreekt om zijn publiek toe te spreken. "Iemand schijnt daar met een blauw licht", zegt hij. "Dat licht moet uit. Doe het alsjeblieft uit… het schijnt in onze ogen." Op YouTube staan beelden van mensen die stiekem een paar seconden filmen. Je ziet vooral ruggen en slecht belichte poppetjes op een podium. Er zijn complete audio-opnames te vinden van onder meer Berlijn, Oslo en Krefeld. Zou Dylan dat nog gedogen? "Some of those bootleggers, they make pretty good stuff", zong hij ooit in Sugar Baby.

Dylan, het mysterie

Ik kijk naar de toptweets binnen de zoekterm 'Bob Dylan' en zie een foto van de zanger die aankomt bij een concertzaal in Parijs. Dat staat tenminste in het bijschrift. Dylan is onherkenbaar, helemaal ingepakt. Lange broek, dikke jas, handschoenen aan, mondkap voor, muts op, capuchon erover.

Het mysterie Bob Dylan. Op boblinks.com staat een verslag van iemand die voorafgaand aan een optreden probeerde om Dylan te zien. Samen met een handvol fans staat hij bij de tourbus te wachten tot hij naar buiten komt. Beveiligers bewaken het pad van de bus naar de concertzaal. "Om 18:30 uur blijkt er een auto te arriveren, achter de mensen die naar de bus kijken. Daar stapt hij uit, terwijl hij een capuchon draagt en met twee mensen aan zijn zijde, zodat niemand hem echt naar binnen ziet gaan."

Dylan geeft zich alleen op het podium aan zijn publiek. Vanachter zijn piano schuifelt hij naar de spotlight, een hand in de zij. Het mysterie openbaart zich, even, nog één keer.


ree

Bob Dylan's 'broadcast event' (noem het maar geen live concert) wordt veel vergeleken met de optredens die verschillende artiesten gaven in seizoen 3 van de tv-serie Twin Peaks. Zeer begrijpelijk. Net als het Twin Peaks-café The Bang Bang Bar lijkt ook Shadow Kingdom een droomwereld die op zichzelf bestaat, afgesloten van ruimte en tijd. Het optreden van Dylan zou zijn opgenomen in The Bon Bon Club, ergens in Marseille. Even googelen en je komt er achter dat die niet bestaat, maar is het toeval dat de naam wel ergens aan The Bang Bang Bar doet denken?

In dit koninkrijk lijken alleen schaduwen te bestaan. Dylan blijft grotendeels in nevelen, sigarettenrook of lichtreflecties gehuld. De lampen schijnen van boven op zijn krullen en vanuit de camera die halverwege een kroeg lijkt geplaatst, kijken we naar gezichtloze figuranten. Ze roken, drinken en deinen terwijl de oude zanger zijn act opvoert: als een aan wal geraakte artiest die ooit succes kende maar nu slechts nog schnabbelt op treurige plekken waar alleen nog maar leven zit in de slingers die voor de airco hangen.

Dat Dylan nooit in de spotlights staat weten we, maar dit keer zijn zelfs de bandleden in mysterie gehuld. Hun mondkapjes verraden een aanhoudende pandemie, maar gummen hun aanwezigheid ook uit. Spelen ze wel echt? Online zijn de meningen sowieso verdeeld: Bob zou playbacken en de beelden van bespeelde instrumenten lijken niet te kloppen met wat je hoort.


ree

Tijdens I'll Be Your Baby Tonight staat hij ineens recht in beeld, met twee jonge vrouwen aan zijn zijde die nu weer uitdagend in beeld kijken en dan weer wat denkbeeldig stof van zijn schouder vegen. Zelfs in deze close-up, als we die al zo mogen noemen, komen we amper dichtbij de zanger. Dylan haalt zijn blik nauwelijks van de camera, maar uit zijn ogen valt niets af te lezen. Zijn gezicht, alsnog half verscholen achter een microfoon, verraadt niets. Vul het zelf maar in. Een paar keer wisselt Dylan van kostuum, en die pakken vallen altijd wat ruim. En dan: handje in de zij, twee gebalde vuisten naast zijn borst, af en toe een vingertje de lucht in om een tekstregel te arceren.

Met die kleine gebaren moet je het doen. Er lijkt weinig te gebeuren in het Shadow Kingdom en tegelijkertijd is het eindeloos fascinerend. Niet alleen dankzij de beeldcomposities, die veelal zijn gevangen met één of twee vaste camera’s per nummer, maar niet allerminst dankzij de nieuw vormgegeven nummers. We luisteren tijdens deze opnames naar de 'early songs' van Dylan. Ook weer een grapje zeker? Het recentste nummer is What Was It You Wanted uit 1989. Dat kun je toch nauwelijks meer ‘early song’ noemen van iemand die al in 1962 zijn eerste album uitbracht. Trouwens, van die eerste platen horen we helemaal niets. Dylan heeft veel te danken aan zijn bandleden, die niet voor niks soms het centrum van het decors vormen terwijl de zanger helemaal tegen het randje van je scherm staat. In (It’s All Over Now) Baby Blue zie je het voor je ogen gebeuren: de muzikanten reageren constant op wat Dylan doet, als golven die zich aanpassen op de surfer. Die eigenaardige timing van zijn zang is hij nooit kwijtgeraakt. Na 50 minuten word je zonder pardon uit het Shadow Kingdom geknikkerd. Het zou best kunnen dat daar nu nog steeds muziek wordt gemaakt. Soms valt er een glimmende slinger van de muur en de rook wordt alsmaar dikker en dikker, tot de aanwezigen in mist zijn opgegaan.

© 2022 Rutger Otto

bottom of page